VERLORENEINDE
Kwadijk. Een plaatsje met ongeveer duizend inwoners, schat ik. Kan ook meer zijn. Of minder.
De straat waar ik loop, met mijn fiets aan de hand, slingert zich door het hele plaatsje. Rechts een sloot, rimpelloos door het windstille weer. Verder, een paar lusteloze eenden, twee reigers.
Een bordje langs de weg vertelt mij dat deze straat "VERLORENEINDE" heet.
Toepasselijke naam, dat wel.
In de wei, aan de andere kant van de sloot, twee blaffende honden. Hoe komen die daar, van wie zijn ze.
In de langgerekte straat veel duurogende huizen. Bungalows, semibungalows.
Ook landhuizen. Ziet er welvarend uit. Opvallend veel te koop bordjes in de goed verzorgde tuinen.
Drie huizen naast elkaar. Alle drie te koop. Daarnaast één huis niet. Dan twee weer wel.
Na een kwartier lopen tel ik al negentien bordjes. Waar willen die mensen allemaal naar toe? En allemaal tegelijk ook nog.
Even verder staat een man in zijn tuin, schep in de handen. Af en toe beweegt hij de schep. Aarzelend, misschien niet wetend hoe de schep te gebruiken. Naast hem ligt een lange lat, aan de bovenkant een bordje. Te koop!
Als hij mij ziet, legt hij de schep netjes neer en loopt het huis binnen. Veilig achter de gesloten gordijnen, onbespied. De deur sluit met een klik. Je loopt niet te koop met te koop.
Het duizelt mij een beetje. Twintig huizen te koop, in één straat. Misschien kunnen ze beter één groot bord op het dorpsplein neerzetten, Kwadijk te koop! Als ze een dorpsplein hebben tenminste. Maar dat denk ik wel. Elk dorp met duizend inwoners heeft een dorpsplein. Al was het maar omdat de fanfare elk jaar ordentelijk een uitvoering moet geven.
In de wei iets verderop een boer. Hij staat geleund tegen een tractor, hij rolt een sigaret. Ik steek mijn hand op. Hij groet niet terug, een vreemde, waarom zou je. Aan het eind van de straat een garage. Wegens omstandigheden gesloten, staat er op de deur. Daaronder, in helblauwe, al vervagende, verfletters; KLOTECRISIS!
Ik stap op mijn fiets, rijd verder, het dorp uit en zie een bordje:
‘Tot ziens!’
Dat denk ik niet…
Geplaatst in de categorie: woonoord
Mogelijk door een tekort aan columnisten, breekt Van Gellekom wekelijks records met zijn verblijfsduur op ooit zo de begeerde frontplek. Dagenlang mogen wij genieten van de zienswijzen van deze schrijver. Dat gun ik de auteur, wiens humor ik zelf minder verpletterend acht dan de vele fans. Aan de andere kant levert het in de waardering wat scheve beelden op. Maar goed, een kniesoor, die daar op let. Nu ja, ik dan.