Te laat
Afgelopen week moest ik mij melden bij mijn huisarts, nee, niets ernstigs, gewoon even mijn bloedruk laten meten. Onze dokter is tegenwoordig onderdeel van een Eerstelijns Centrum, van kleine zelfstandige naar partner in een grote maatschap, ja, dat vond hij zelf een hele stap. Nou, ik ook, in plaats van de intieme wachtkamer betrad ik een hal met verwijsborden, naar de onderdelen van deze medische fabriek.
Zorgverzekeraar Menzis liet in ronkende bewoordingen weten apetrots te zijn: “Huisartsen, apotheek, ziekenhuis, thuiszorg, GGZ, paramedische hulpverleners en Menzis hebben in Tiel een totaalplan gemaakt voor de eerstelijnszorg. Hierdoor ontstaat één van de grootste eerstelijnscentra van Nederland. Alle eerstelijnszorg inclusief de diagnostiek wordt onder het dak van Eerstelijns Centrum Tiel (ECT) aangeboden.” Kijk, dat hebben wij nou in Tiel!
Maar nu even de werkelijkheid - mijn bloeddruk - een fluitje van een cent zou je zeggen. Ik liep naar de balie van mijn huisarts, maar daar stond al een jonge dame, onmiskenbaar een Marokkaanse, zwarte hoofddoek enzo. Zij bewoog zich moeizaam voort op krukken en had zichtbaar pijn én nog veel belangrijker, ze was láát, veel te laat, wel twintig minuten! Zij verontschuldigde zich voor dit euvel, want ze was – met pijn - komen lopen.
De assistente keek haar zeer misprijzend aan en sprak streng: “Dan had je eerder van huis moeten gaan”! Het arme kind barstte in tranen uit en sleepte zich naar de wachtruimte. Gelukkig werd het meisje redelijk snel geroepen, mijn beproeving duurde iets langer. Na een half uur, ja, ik ben een geduldig mens, ging ik naar de balie met de mededeling dat ik desnoods wel een afspraak wilde maken, als dat deze kersverse multinational beter uit zou komen. Geen verontschuldiging, maar een kortaf: “U wordt zo geroepen”. Ruim een half uur later werd mijn bloeddruk opgemeten.
‘s Middags moest mijn vrouw in datzelfde ECT zijn voor een kleine ingreep van, pakweg, een kwartiertje. Ik bracht haar ruim op tijd en ging daarna even wat anders doen. Na een half uur betrad ik het imposante gebouw en trof mijn echtgenote nog steeds wachtend aan. Minstens een uur later vertrokken wij weer, de ingreep zelf nam nog geen tien minuten in beslag. Geen excuses, noch van de arts, noch van de assistente voor de verspilde tijd.
Ik moet dan ook vaak denken aan een Marokkaanse vriend, die ooit tegen mij zei: ‘Ach, jullie Nederlanders hebben een horloge, maar wij hebben de tijd”!
Geplaatst in de categorie: tijd
Liefs, je dochter